Stadion

Definitie

Mark Cartwright
door , vertaald door Menno Kok
gepubliceerd op 24 juni 2012
Beschikbaar in andere talen: Engels, Frans, Perzisch, Spaans, Turks
X
Stadium of Epidaurus (by Mark Cartwright, CC BY-NC-SA)
Stadion van Epidaurus
Mark Cartwright (CC BY-NC-SA)

In de klassieke Griekse wereld was het woord stadion een verwijzing naar een afstandsmaat van een loopwedstrijd en de plaats waar de race werd gehouden en door toeschouwers bekeken werd.

De Grote Spelen

Griekse sportevenementen waren nauw verbonden met religie en daarom werden spelen op religieus belangrijke plaatsen of heiligdommen gehouden. De competities die gedurende eeuwen elke twee of vier jaar werden gehouden, waren ter verering van een bepaalde godheid of halfgod zoals Zeus in Olympia (vanaf 776 v.Chr.), Apollo in Delphi (vanaf 586 v.Chr.), Poseidon in Isthmia (vanaf 580 v.Chr.) en Opheltes in Nemea (vanaf 573 v.Chr.). Deze omvatten de vier grote pan-Helleense Spelen; er waren echter ook andere locaties op het Griekse vasteland en de eilanden die regelmatig atletische festivals organiseerden. De oudste wedstrijd van deze Spelen was de loopwedstrijd over een specifieke afstand – de stade of stadion die 600 voet in lengte bedroeg. Omdat de voet (of pous) geen absolute gestandaardiseerde maat was in Griekenland, kon het zo zijn dat een stadion varieerde in verschillende locaties van 177 meter in lengte in Delphi tot 192 meter in Olympia. In Nemea zijn kleine palen overgebleven langs de kant van de baan die elke 100 voet van de stadion aangaven.

DE STADION RACE WAS EENMAAL DE LENGTE VAN DE BAAN EN HET EQUIVALENT VAN DE HEDENDAAGSE 200 METER HARDLOPEN.

De stadion race was eenmaal de lengte van de baan en het equivalent van de hedendaagse 200 meter hardlopen. Bij de eerste 13 Olympische Spelen (776 v.Chr. tot en met 728 v.Chr.) was dit het enige evenement en zelfs toen andere wedstrijden aan het Olympische programma werden toegevoegd, bleef de stadion het eerste en meest prestigieuze evenement. Overwinnaars van de stadion kregen een krans – van olijfbladeren in Olympia, dennen (en later selderij) in Isthmia, laurier in Delphi en selderij in Nemea – en verder vereringen en giften van de stadstaat waar ze vandaag kwamen. De echte prijs was echter roem en glorie. De overwinnaars werden enorm bejubeld, de Olympiade werd bijvoorbeeld naar hen vernoemd en ze werden bijna letterlijk als helden vereerd, soms zelfs na hun dood. Wellicht de meest gevierde atleet was Leonidas van Rhodos, die het stadion evenement maar liefst bij vier opeenvolgende Olympische Spelen wist te winnen.

Vanaf 724 v.Chr. werden de atletische evenementen uitgebreid met de introductie van andere races zoals de diaulos (over tweemaal de lengte van de baan), hippios (vier stadia), dolichos (een lange afstandsrace variërend van 7 tot 20 stadia) en de race in wapenrusting, hoplitodromos genoemd (een stadion race van twee tot vier keer de afstand in scheenbeenplaten, helm en schild).

Ancient Stadium, Nemea, Greece
Klassiek Stadion, Nemea, Griekenland
Mark Cartwright (CC BY-NC-SA)

Terrein van het Stadion

Het stadion was ook de naam van de plaats waar de toeschouwers het evenement bekeken. De baan zelf bestond meestal uit hard opeengeplakte klei (bewaterd en gerold om een harde korst te krijgen) en bevatte een gebied zowel voor als na de lengte van de stadion. Voor de startlijn, wat oorspronkelijk een eenvoudige lijn was die op het oppervlakte van de baan was aangebracht, was er ruimte voor de starter en na de finish was er ruimte voor de sporters om uit te lopen, meestal zo’n 15 meter in lengte (interessant genoeg is dit nog steeds de voorgeschreven lengte voor moderne renbanen).

In de loop der tijd werd de startprocedure van de races meer complex. In de 5e eeuw v.Chr. werden er permanente stenen platen (balbis) geplaatst op de baan met parallelle groeven voor de atleten (die naakt en blootvoets streden) om hun tenen in te plaatsen, zodat ze allemaal staand en vanaf dezelfde hoogte op de baan vertrokken. Een verdere toevoeging waren smalle pilaren op de startlinie om de verschillende banen af te bakenen die verschilden qua aantal van 22 in Nemea tot 11 in Epidauros (als er meer renners dan banen waren, werden er voorrondes gehouden). De toewijzing van banen gebeurde door loting (waarbij meestal potscherven werden gebruikt). Uiteindelijk zorgde in de 4de eeuw v.Chr. een ingewikkeld systeem (hysplex) van pilaren, palen en touw voor een mechanisme waarbij één starter alle atleten tegelijkertijd kon laten vertrekken. In het geval van Isthmia stond het jurylid in een kuil achter de atleten. De finish werd aangegeven door een simpele streep op de grond en als de race meer dan één stadion in lengte bedroeg, werd er een klein keerpunt (kampter) ingesteld in het midden van de eindstreep.

Stadium Entrance, Olympia
Toegang tot Stadion, Olympia
Mark Cartwright (CC BY-NC-SA)

Oorspronkelijk waren stadia simpele, vlakke en rechthoekige banen, soms aangelegd in de buurt van heuvels zodat toeschouwers de evenementen goed konden zien. Vanaf de 5de eeuw v.Chr. werden kunstmatige taluds echter gebruikelijk net als leidingen rond de baan voor de afvoer van overtollig regenwater. Meestal liep de baan daarom ook een beetje schuin af (2 meter in Nemea). Zitplaatsen werden later toegevoegd ofwel van steen zoals in Delphi, Delos, Rhodos dan wel van marmer in Athene en Isthmia. Het zitgedeelte werd ook meer geavanceerd door de toevoeging van treden en divisies om de toegang te vergemakkelijken en, misschien nog wel belangrijker, om de toeschouwers een ordelijke vertrek te garanderen. Enkele VIP plaatsen op een verhoogd plateau op centrale posities waren gangbaar. Deze waren gereserveerd voor de speciaal getrainde juryleden (hellanodikai) en in Olympia voor de priesteres van Demeter Chamyne.

Het aantal zitplaatsen varieerde van 30.000 in Nemea tot maar liefst 45.000 in Olympia. In het geval van de pan-Helleense Spelen kwamen er mensen vanuit heel Griekenland om van het spektakel te genieten en intrigerend genoeg wijst numismatisch bewijs uit Nemea erop dat de menigte zich verdeelde in geografische groepen. Ondanks dat meisjes toegelaten werden, waren vrouwen niet toegestaan in de stadia tijdens evenementen. De menigte nam deel aan de evenementen door vocale ondersteuning en het gooien van bloemen en laurierbladeren naar de overwinnaar.

In de Hellenistische periode werd een gewelfde gang (krypton) toegevoegd aan de stadia (bijvoorbeeld in Olympia en Nemea) dat de entree tot de baan werd voor de atleten en juryleden en het stadion verbond met de rest van het religieuze complex. In Romeinse tijden, de entree tot stadia werden meer monumentaal gemaakt en vaak werd het startgedeelte van het stadion omsloten door een zitgedeelte in een halfronde vorm.

Bibliografie

World History Encyclopedia is een Amazon Associate en verdient een commissie op in aanmerking komende boekaankopen.

Over de vertaler

Menno Kok
Na mijn rechtenstudie ben ik de afgelopen jaren werkzaam geweest als salarisadministrateur in de uitzendbranche. Zolang ik mij kan herinneren heb ik een grote interesse gehad voor geschiedenis en dan met name de klassieke oudheid.

Over de auteur

Mark Cartwright
Mark is een fulltime schrijver, onderzoeker, historicus en redacteur. Speciale interesse gaat uit naar kunst, architectuur en het ontdekken van ideeën die alle beschavingen gemeen hebben. Hij heeft een MA in politieke filosofie en is een WHE Publishing Director.

Dit werk citeren

APA-stijl

Cartwright, M. (2012, juni 24). Stadion [Stadium]. (M. Kok, Vertaler). World History Encyclopedia. Ontleend aan https://www.worldhistory.org/trans/nl/1-10298/stadion/

Chicago stijl

Cartwright, Mark. "Stadion." Vertaald door Menno Kok. World History Encyclopedia. Laatst gewijzigd juni 24, 2012. https://www.worldhistory.org/trans/nl/1-10298/stadion/.

MLA-stijl

Cartwright, Mark. "Stadion." Vertaald door Menno Kok. World History Encyclopedia. World History Encyclopedia, 24 jun 2012. Web. 16 sep 2024.